Hoe ziet het proces van de onderhandelingen over de Brexit tussen het VK en de EU eruit?
Tijdlijn van de Brexit-onderhandelingen
2021
Start van de nieuwe relatie tussen de EU en het VK, zoals vastgelegd in het Brexit-akkoord.
2020
Einde van de overgangsfase zoals vastgelegd in het Brexit-akkoord.

EU en VK sluiten vlak voor kerst een akkoord over een nieuw partnerschap.
Het akkoord bevat afspraken over de regels die sinds 1 januari 2021 gelden in de relatie tussen de EU en het VK. Onder meer op het gebied van:
- handel in diensten en goederen;
- een gelijk speelveld;
- visserij;
- luchtvaart en wegtransport;
- sociale zekerheid;
- VK-deelname aan EU-programma’s;
- interne veiligheid.
Het Verenigd Koninkrijk (VK) wil de Europese Unie (EU) verlaten op 31 januari 2020 (middernacht Nederlandse tijd).

Het Europees Parlement heeft het terugtrekkingsakkoord goedgekeurd. Dit was de parlementaire laatste stap in het proces die de Brexit mogelijk maakt.
Nadat het Britse Hogerhuis parlement de Brexit-wet op 22 januari al goedgekeurd had, heeft de Britse koningin Elizabeth de wet ondertekend. Het Europees parlement moet het akkoord nog goedkeuren op 29 januari.

Het Britse Lagerhuis heeft ingestemd met de Brexit-wet die het vertrek van het VK uit de Europese Unie op 31 januari mogelijk maakt. Het Britse Hogerhuis en het Europees Parlement moeten nog instemmen met het akkoord.
2019
De Britse premier Boris Johnson wint de verkiezingen. Hierdoor lijkt een snelle goedkeuring van het Brexit akkoord waarschijnlijk.
Als het akkoord door het Britse Parlement is goedgekeurd, kan het Europees Parlement er in januari ook over stemmen.

De EU bekrachtigt het uitstel van de Brexit-datum tot 31 januari 2020, of zoveel eerder als het Britse parlement en het Europese parlement het terugtrekkingsakkoord heeft goedgekeurd.
De EU is het eens geworden over uitstel tot en met 31 januari 2020. Dit uitstel moet nog wel bekrachtigd worden door de 27 regeringsleiders van de overblijvende EU-landen.
Op 22 oktober stemde het Britse parlement ermee in om de Brexit wetgeving te gaan behandelen. Maar het parlement besloot hier meer tijd voor te nemen, dan de Britse premier had voorgesteld. Hierdoor is de beoogde Brexit-datum van 31 oktober niet meer haalbaar voor een uittreding met akkoord. Zolang de Brexit wetgeving niet is goedgekeurd in het Britse parlement, gaat het Brexit akkoord niet in.
Het Britse parlement besluit dat een nieuw uitstel van de Brexitdatum nodig is. Het parlement wil eerst de Brexit-wetgeving behandelen voordat het Brexit-akkoord in stemming kan worden gebracht. De Britse regering vraagt vervolgens de EU om de Brexit-datum uit te stellen tot 31 januari 2020.
De Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk zijn het eens geworden over een Brexit-akkoord. Het Britse Lagerhuis en het Europese Parlement moeten nog instemmen met het akkoord.
Het Britse parlement neemt een wet aan, die de Britse regering verplicht om uitstel van de Brexit aan te vragen als er op 19 oktober geen akkoord met de EU is gesloten.
De 27 EU-lidstaten die overblijven na de Brexit verlenen opnieuw uitstel aan het Verenigd Koninkrijk. Nu tot en met uiterlijk 31 oktober 2019. Het VK moet dan wel ook deelnemen aan de verkiezingen voor het Europees Parlement, die worden gehouden vanaf 23 mei.
Het Britse Lagerhuis keurt het terugtredingsakkoord voor de derde keer af. Daarmee krijgt het VK tot uiterlijk 12 april 2019 om te laten weten wat het nu wil doen:
- het terugtredingsakkoord alsnog goedkeuren
- opnieuw uitstel vragen
- Brexit intrekken of
- de EU verlaten zonder deal
De 27 EU-landen die overblijven na de Brexit zijn bereid het Verenigd Koninkrijk uitstel te geven van de Brexit. (De eerder geplande datum van de Brexit was 29 maart 2019.) Als het Britse Lagerhuis uiterlijk op 29 maart alsnog akkoord gaat met het terugtredingsakkoord, dan volgt er uitstel voor de Brexit tot 22 mei, zodat er genoeg tijd is alle benodigde wetten door te voeren. Als het Britse Lagerhuis het akkoord niet goedkeurt, dan krijgt het VK uitstel tot 12 april.
De Britse premier May heeft de EU verzocht om een uitstel van de Brexit-datum tot 30 juni 2019. De overige 27 EU-landen moeten het verzoek eerst nog unaniem goedkeuren. Dit verzoek tot uitstel betekent echter niet dat een ‘no deal’ nu is uitgesloten.
Het Britse parlement wijst het voorlopig akkoord voor de tweede keer af. Nu moet de Britse regering opnieuw aangeven hoe zij tot een oplossing wil komen.
Het Britse parlement wijst het voorlopig akkoord af. Nu moet de Britse regering aangeven hoe zij tot een oplossing wil komen.
2018
De regeringsleiders van de EU-landen stemmen in met het voorlopig akkoord over de Brexit.
De Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk bereiken een voorlopig akkoord over de afspraken over de Brexit.
De EU en het VK bereiken een voorlopig akkoord over onder andere een overgangsfase tot 31 december 2020, waarin alle EU-regels blijven gelden. Voor de grens tussen Ierland en Noord-Ierland worden voorlopige afspraken gemaakt.
2017
De 27 EU-landen stellen vast dat er voldoende voortgang is geboekt in de 1e fase. Hierdoor kan de 2e fase van de onderhandelingen van start gaan. In deze fase worden de onderhandelingen over het uittredingsakkoord uitgebreid met gesprekken over een overgangsfase en verkenning van de toekomstige relatie tussen de EU en het VK.
De EU en het VK bereiken een voorlopig akkoord over burgerrechten en de financiële afwikkeling van Brexit.
Start van de 1e fase van de onderhandelingen tussen de EU en het VK.
Het VK stelt Artikel 50 in werking; hiermee kunnen de onderhandelingen over de uittreding van start. Hier is 2 jaar de tijd voor.
2016

Het Brexit-referendum vindt plaats in het VK. De meerderheid (51,89%) van de kiezers stemt voor uittreding van het VK uit de EU.